Lees verder
Een onbemande minisupermarkt in plaats van een traditioneel bedrijfsrestaurant. Heeft dat de toekomst? Bij DHL en Cirex hebben ze onlangs de overstap gemaakt. Reden voor Facto om de verantwoordelijke facility manager en inkoper te spreken. Waarom hebben zij deze keuze gemaakt? En welke rol speelt de minimarkt in hun bredere visie op de werkplek van nu en straks?
Sinds september 2020 beschikt het hoofdkantoor van staalgieterij Cirex in Almelo over een onbemande micromarket. Niels Scheffer was als inkoper betrokken bij dit project. Hij vertelt: “Vroeger hadden wij een traditioneel bedrijfsrestaurant met een kantinemedewerkster. Zij werkte altijd van neger uur ’s ochtends tot één uur ’s middags. Toen zij met pensioen ging, was voor ons het moment om na te denken of we door wilden gaan met het huidige concept of dat we iets nieuws wilden.”
Cirex is een gieterij, een echt productiebedrijf. Naast de ongeveer veertig kantoormedewerkers, draaien er ook zo’n honderd medewerkers dag en nacht mee in de productie. Scheffer: “Doordat de kantinemedewerkster alleen ’s ochtends werkte, had dus alleen de dagdienst daar profijt van. De medewerkers in de nachtdienst konden hooguit een paar kleffe bolletjes uit de koelkast pakken. Voor ons was het zaak om een oplossing te bedenken waarbij we alle medewerkers hetzelfde kunnen aanbieden. Selecta, de partij waarbij we onze koffiemachines hadden ingeregeld, had al eens aangekondigd dat zij dit soort minisupermarkten in de markt gingen zetten. Of dat niet iets voor ons was? Daar hebben we nu inderdaad voor gekozen.” Vooral de 24/7-beschikbaarheid was doorslaggevend in de keuze, vertelt Scheffer. “Al onze medewerkers hebben continu beschikking over hetzelfde assortiment, daar zijn geen verschillen meer in.”
Zo’n zelfde argument horen we van Arjan van der Plas, Real Estate and Facility Specialist bij DHL Express Nederland. Hij is verantwoordelijk voor de locatie op Schiphol. Die fungeert als hoofdkantoor, als servicecenter voor de regio Amsterdam én als landelijke hub waar alle luchtvracht binnenkomt. “Vanwege de coronamaatregelen werken er nu hooguit twintig tot dertig kantoormedewerkers. Alleen mensen die de vitale processen ondersteunen, zoals de receptie, beveiliging of facility. Maar de hub en het servicecenter draaien gewoon volle bak door. Dus er loopt elke dag nog steeds zo’n driehonderd tot vierhonderd man door het pand heen.”
Sinds maart 2021 prijkt ook daar een gloednieuwe AH To Go van Albert Heijn en Selecta. “We hadden een traditioneel bedrijfsrestaurant dat van twaalf tot twee in de middag was geopend. Onze kantoormedewerkers konden daar prima gebruik van maken, maar de grootste groep van de gebouwgebruikers, de medewerkers van de hub en het servicecenter, konden dat niet. Want die zijn overdag op pad of werken ’s nachts. Toen het contract met onze bedrijfscateraar afliep, dacht ik terug aan de Vakbeurs Facilitair van twee jaar geleden. Daar had ik dit concept van Selecta gezien, alhoewel het toen nog Foodie’s heette. Dit sluit mooi aan op onze wensen, omdat we nu 24 uur per dag, 7 dagen in de week, dienstverlening kunnen bieden aan onze mensen.”
En dat heeft nog een voordeel, vertellen beide heren. Van der Plas. “Toen het restaurant nog om twee uur sloot, waren onze medewerkers als het ware overgeleverd aan de snoepautomaten. En ’s avonds aan Thuisbezorgd of de lokale snackbar, omdat ze dan behoefte hebben aan een warme maaltijd. Terwijl DHL veel belang hecht aan gezondheid en vitaliteit. Dat sloot dus helemaal niet aan. In onze minisupermarkt stimuleren we de gezonde voeding door deze goedkoper aan te bieden. We hebben overigens ook gewoon nog de Mars en de Snickers, evenals de Babi Pangang voor ’s avonds. We willen natuurlijk niet alle zelfregie eruit halen.”
Scheffer voegt daaraan toe: “We zijn vorig jaar begonnen met een vitaliteitsproject, waarbij we sporten en gezonde voeding stimuleren. Er is ook een diëtiste langs geweest om de behoeften in kaart te brengen. ’s Avonds heb je bijvoorbeeld een andere voedingsbehoefte dan overdag. Hoe kun je inkakmomenten voorkomen? Door tijdig eiwitten te nuttigen. Die moet je dus kunnen aanbieden aan je medewerkers.”
Het assortiment wordt dus in samenspraak vastgesteld. Scheffer: “Zij hebben de kennis in huis over de algemene behoefte van medewerkers van een productielocatie zoals die van ons. Daarnaast leveren wij ook input door te kijken naar wat we hiervoor hadden en wat erg populair was. Een broodje bal was bijvoorbeeld erg gewild, dus die wilden we graag behouden. En we wilden natuurlijk genoeg gezonde voeding. Nu krijgen we elke maand een rapportage waarin je kunt zien wat wel goed loopt en wat niet. Dan kunnen we daar eventueel op inspelen. En tussendoor wordt de medewerkers via een enquête gevraagd naar hun mening en wat ze eventueel nog missen.”
Van der Plas: “Vanuit de business krijgen we nog weleens te horen dat medewerkers bepaalde producten missen of dat iets specifieks altijd ’s middags al op is. We zijn nog een beetje zoekende naar het best passende assortiment. Dat is eigenlijk het enige omkijken dat we nu nog naar de micromarket hebben. Het voorraadbeheer wordt allemaal geregeld: zij bestellen en vullen aan.”
“Je krijgt meer voor minder”, antwoordt Scheffer op de vraag naar de kosten van de minisupermarkt ten opzichte van het traditionele bedrijfsrestaurant. Van der Plas beaamt dat. “De traditionele bedrijfscatering is vooral duur door de ureninzet. Bij ons waren er elke dag twee mensen zes uur aan het werk. Op dat gebied is het een grote kostenbesparing. We hebben ervoor gekozen om het geld dat we daarmee besparen, te gebruiken om gezonde voeding te stimuleren door dit goedkoper aan te bieden aan onze medewerkers.”
Bedrijfscateraar Pura, onderdeel van AdcGroep in Cuijk, biedt sinds mei 2020 onder de noemer Pura Go ook minimarkets voor bedrijven aan. Directeur en eigenaar Jos Dennissen: “Ik verwacht dat het nog lang gaat duren voordat mensen weer met grote groepen langs een buffet in het bedrijfsrestaurant loopt. Als dat überhaupt ooit nog gaat gebeuren. Daarnaast is het vanuit hygiënepunt veel beter om weg te blijven van productie op locatie en om terug te gaan naar voorverpakte, individuele producten. Daardoor hebben we besloten om onze kennis van zowel bedrijfscatering als van vending te combineren met de kracht van onze eigen productielocatie. En dat slaat aan. Inmiddels hebben we twaalf minisupermarkten operationeel en draaien er daarnaast ook een aantal in bestaande bedrijfsrestaurants. En we zijn nu wekelijks druk met het opzetten van nieuwe locaties.” We hebben de ambitie om dit jaar 150 mini markets te openen, voegt Dennissen daaraan toe.
Hij herkent de verhalen van DHL en Cirex. “We zien dat wij met onze minimarket in een vervangingsmarkt zitten. Het zijn dus niet zozeer bedrijven die nog niets hebben en voor het eerst op zoek zijn naar catering. Het zijn vooral bedrijven die al bedrijfscatering in de traditionele vorm hebben, met één of meerdere medewerkers achter de counter, en die zoeken naar een alternatief.” Wat hem ook opvalt zijn de vragen over een combinatie van bemande catering met een onbemande minisupermarkt. Waarbij er dus nog wel een medewerker op locatie verse broodjes smeert of live bereiding uitvoert. “Dat zit hem vooral in de gastvrijheid van een medewerker of -ster die je herkent, een praatje met je maakt en weet wat je lekker vindt. In een onbemande minisupermarkt is dat minder aan de orde.”
Opvallend is dat zowel DHL als Cirex met de implementatie van de micromarket direct de hele ruimte daaromheen hebben verbouwd. Van der Plas: “Ook wij hebben natuurlijk nagedacht over de rol van de werkplek en het kantoor straks na de coronaperiode. We verwachten dat medewerkers deels thuis blijven werken en vooral naar kantoor komen om elkaar te ontmoeten. Dat idee hebben we meegenomen in het hele concept. Eerder was het bedrijfsrestaurant bijna de ongezelligste plek van het pand en nu hebben we dat helemaal aangepakt. Met hoge zitjes, lage zitjes, bankjes, noem maar op. Waar mensen even met hun laptop kunnen gaan zitten, waar ze kleine vergaderingen kunnen houden of gewoon even kunnen bijpraten. Het is een stuk informeler en we merken dat daar behoefte aan is.”
Scheffer: “Onze kantine stamde nog uit 1990. En dat in een productieomgeving. Je kunt je misschien wel voorstellen hoe dat eruitzag. We hebben alles gestript en samen met onze vaste interieurbouwer en Selecta dat opnieuw ingericht, waardoor het heel mooi één geheel is geworden met een warme uitstraling.”
Van der Plas afsluitend: “Je moet goed overwegen of zo’n minisupermarkt aansluit op de wensen van jouw organisatie. Binnen onze omgeving van 24/7 operatie past het erg goed, doordat je je mensen altijd een keuze kunt bieden. Maar het ene hoeft het andere niet uit te sluiten. Ik kan me ook een constructie voorstellen met overdag een traditionele cateraar die nog steeds verse broodjes belegt, waarbij de micromarket vooral buiten kantoortijden uitkomst biedt.”
Door: Anoek van der Riet, journalist.